Un párvulo le dio ........ fuerte puntapié a otro.
un puntapié = een trap, een schop (una punta con el pie)
párvulo = kleuter
(De leerlingen moeten de les bijwonen.)
Los alumnos deben asistir ........ clase.
asistir a clase = de les bijwonen
Dit is een vaste voorzetselcombinatie.
Esto lo leerás en el (vijftiende hoofdstuk) ........ .
Dit zul je lezen in hoofdstuk vijftien.
capítulo quince, decimoquinto capítulo, capítulo decimoquinto = hoofdstuk vijftien. Na capítulo, página en siglo komt bij voorkeur het hoofdtelwoord.
decimoquinto, -a = vijftiende
Welke werkwoordsvorm is hier correct?
Menos mal que no ........ nevado.
menos mal + indicativo = maar goed dat, gelukkig
nevar (ie) = sneeuwen